DSG Pallas 1 en WSG 1 in evenwichtMet de mentale weerbaarheid van het team zit het dus wel goed. Als hetzelfde had gegolden voor die van de teamleider, hadden we er dus een extra bord- en matchpuntje bij gehad… Zoals uit de tussenstanden blijkt, waren de openingsakkoorden voor WSG. Jan Willem, Max en Johnny hadden het lastig tegen Bert te Sligte resp. Jochem Mullink resp. Marcel Krosenbrink. Jan Willem ontbeert duidelijk wedstrijdritme en kwam al snel positioneel moeilijk te staan. Volgens mij was hij dan ook de eerste die moest opgeven. Hoewel de tegenstander van Max het niet bijzonder goed deed, vergat hij op tijd tegenspel te zoeken en rokeerde de verkeerde kant op. Daarna werd hij er eigenlijk vlot vanaf geschoven. Johnny wilde agressief openen, maar bedacht zich halverwege. Zijn geplande pionoffer kwam (daardoor?) niet goed uit de verf waarna Marcel Krosenbrink kon afwikkelen naar een gunstige stelling en daarna weinig meer weggaf. Morris won overtuigend tegen invaller Job Geerdes, al speelde hij het op het eind wat slordig. In plaats van zijn goede spel te bekronen met een mooi stukoffer, offerde hij een kwal wat onduidelijk spel gaf. Daarna kreeg wit waarschijnlijk wat kansjes, maar had ook weinig ruimte om met zijn torens te spelen, waardoor de praktische kansen toch bij Morris lagen. Die nam hij dan ook vlot waar. Terugkijkend is het mij een raadsel hoe ik mijn partij tegen Henrik Lösing heb kunnen verliezen, aangezien ik de hele partij beter, of minimaal ongeveer gelijk heb gestaan. Het kostte mij echter al mijn tijd plus één tel om dat te beseffen, waardoor mijn vlag op zet 36 viel, terwijl ik op dat moment twee torens voor stond. En hier wou ik het graag bij laten, het is al erg genoeg… Gelukkig had de rest van het team begrepen dat er gewonnen moest worden. Jim ging rustig door met het insnoeren van de zwarte stelling, waar hij in feite al vanaf de opening mee bezig was. Tegenstander Henri Abbink speelde degelijk, maar had geen enkel tegenspel. Met een mooi kwaliteitsoffer maakte Jim het af. Guy was intussen in een eindspel terecht gekomen tegen Gerard Harbers. Hierin had hij een pion meer, had gemakkelijk de fout in kunnen gaan maar bleef koel. Op het juiste moment ging hij in de denktank en kwam er met het beste plan uit, en schoof de stelling derhalve vlot naar winst. Jop speelde een goede partij tegen de sterke Arjan van Lith, die zich met wit wel erg veel positionele vrijheden veroorloofde. Het kostte Jop dan ook behoorlijk wat tijd om eruit te komen, maar hij bleef gezonde zetten doen en kwam in een eindspel met drie pluspionnen terecht. Hierin hield hij, ondanks een witte pion op e7, het hoofd koel en sleepte voor Pallas een matchpunt uit het vuur, tot mijn opluchting. De kleine kansen die we hadden op het kampioenschap zijn door deze 4-4 echter wel vrijwel non-existent geworden, aangezien Almere en Hardenberg blijven winnen. We staan echter nog altijd op een keurige derde plek met drie punten voor op de nummer vier. Vooral onderin lijkt het spannend te gaan worden, met vijf teams die op 4 of 5 punten staan.
|