HOME aamenu ☰ MENU
Meppel,  06-03-18  auteur: Eric Goedhart

Pallas 2 uit met 7-1 onderuit tegen Meppel 2

Theoretische promotie-aspiraties, zo die al bestonden, kunnen gevoeglijk bij het grofvuil worden gezet.

Aan thuiselijke zijde had teamleider Alexander van Setten zijn plaats afgestaan aan de sterke invaller Marco Spoelder.
Aan onze kant ontbraken niet minder dan drie basisspelers, Robbert Biesterbos, Harm Roukema en de ongelukkige Piet Ypma - die na een onfortuinlijke val tijdens een schaatstocht op 4 maart (nota bene de laatste ijsdag!) met een gebroken heup in uitgerekend het ziekenhuis van Meppel belandde.

Met gemiddeld 90 ratingpunten meer voor de Meppelse formatie zag het er op voorhand naar uit dat de thuisploeg een ontspannen avond tegemoet ging, maar niets bleek minder waar. Van begin af aan werd aan alle borden stevig strijd geleverd en lange tijd bleef ongewis hoe de einduitslag er uit zou gaan zien. Pas over elven viel de eerste beslissing, een remise, en daarna konden om de pakweg vijf minuten hele punten (zes stuks) en een remise worden bijgeschreven.
Opmerkelijk: de twee remisis vielen aan de borden waarop de onzen een (klein) ratingoverwicht hadden. In dit licht bezien was het overkomelijk dat de zes Meppelaars die uiteindelijk de volle winst pakten gemiddeld 125 ratingpunten meer in hun ransel hadden meegebracht.

Op scorevolgorde en verscheiden genoegen verslaan onze bikkels hun lotgevallen die, hoe ze ook uitvielen, een ongemeen aangrijpende schaakavond opleverde.

René
Om maar af te trappen: met wit speelde ik tegen Menno van Koningsveld, die in de opening een pion offerde maar daar niet echt compensatie voor kreeg. Voor mijn gevoel kreeg ik zelfs een overweldigende stelling, met mogelijk daardoor wat keuzestress over welk plan het meest belovend was. Ik offerde m.i. correct een pion terug om de zwarte koning in het centrum te houden, en dacht met aanbieden van een tweede pion mijn aanval te versnellen. Dat was echter niet nodig en omdat ik twee tussenzetten overzien had, kon de zwarte koning zich toch naar relatieve veiligheid wurmen. Intussen had ik ook al een forse achterstand op de klok opgelopen, en twee keer remise afgewezen, in de overtuiging dat ik hetzij in de aanval kon winnen, hetzij kon afwikkelen naar een goed eindspel. Mede door tijdgebrek bleef ik echter op twee gedachten hinken waardoor het allebei net niks werd. Net toen ik het eigenlijk niet meer echt zag zitten met de witte stelling en ik nog maar anderhalve minuut over had, werd ik gered door een derde remiseaanbod. (½-½; 23:05)

Max
Invaller van het laatste uur Max manoeuvreerde, indachtig een fikse achterstand van een kleine tweehonderd ratingpunten, bedachtzaam in een degelijke opsteling maar raakte in het middenspel plotseling een toren achter. Manhaftig doorploeteren in de hoop het tij keren mocht echter niet baten. (1½-½; 23:10)

King
Mijn tegenstander had kennelijk nog nooit een orang oetan gezien, want hij liet zich (onnodig) in de verdrukking komen, maar zoals het bij mij wel vaker gebeurde (mijn creativiteit is het vruchtbaarst in geval van nood, niet als ik goed of gewonnen sta) kwam ik met een weinig doordachte aanpak zelf in de problemen en dat strafte hij moeiteloos af. (2½-½; 23:20)

Eric
Met zwart trof ik aan bord 6 de daar niet verwachte Willem Wijnstok aan die mij een Alapinnige Siciliaan voorschotelde waarop ik niet scherp genoeg het adequate tegenspel vermocht te reproduceren, als gevolg waarvan een snode indringer op d6 zijn ontregelende werk kon ontplooien. Wit kon zijn stelling gaandeweg verstrerken en wist bij zwarte tijdnooddruft door te breken. (3½-½; 23:25)

Gerard
Ik kwam met zwart goed uit de opening, maar toen kwam er zand in de machine. Mijn 15e zet ... Pf6-h7 (i.p.v. ... Pf6-d5) was, vriendelijk gezegd, nogal gekunsteld. En na 18 ... Txf5 was het helemaal mis: kwaliteitsverlies, zonder compensatie. De nederlaag was onafwendbaar. (4½-½; 23:30)

Gorrit
Aan bord 8 speelde ik met de kleur van de avond, zwart.
Op basis van de info die onze scout had verstrekt, had ik me (enigszins, want ik houd dat beperkt) voorbereid op d4. De heer Besselse was echter mijn tegenstander, een ander dan verwacht. Het werd dus weer gewoon Frans na zijn e4 opening, welke pion hij op zet 3 nog een zet naar voren schoof. De doorschuifvariant dus. Na de eerste schermutselingen won ik weliswaar een pion, maar mijn stukken stonden flink gedrongen. Er kwamen allerlei penningen in het spel, maar het was te keepen. Op zet 18 offerde de tegenstander zijn loper tegen twee pionnen op de damevleugel. Wanhoopsoffensief of kansrijk offer…? Ik ben er nog steeds niet uit. Uiteindelijk resulteerde dat in een stelling met beide spelers een Dame en Toren en twee ver opgerukte vrijpionnen (niet verbonden) van mijn tegenstander tegen een slechte loper en één vrijpion mijnerzijds. Na herhaling van zetten werd het remise. Het behoeft uiteraard geen betoog dat ik enigszins in tijdnood zat. (5-1; 23:31)

Johnny
Met zwart speelde ik een Siciliaanse Najdorf. Mijn tegenstander leek dit minder goed te kennen en vanuit de opening kwam ik beter te staan en had daarbij een mooi tijdvoordeel. Terwijl ik langzaam mijn stelling verbeterde kwam mijn tegenstander met een stukoffer. Ik had het aan zien komen en al uitgerekend dat het niet klopte. Misschien wel daardoor begon ik spoken te zien toen hij het offer daadwerkelijk plaatste. Ik week af van wat ik had berekend, wat mij ook veel tijd kostte, maar dit was juist veel slechter en ik moest ineens een kwaliteit geven om mat te voorkomen. Het resterende eindspel was, zeker gezien de tijdnood van beide spelers, moeilijk maar gewonnen voor mijn tegenstander. Helaas trok hij zich niets aan van de tijdsdruk en hij speelde het eindspel gewoon goed uit. Hele mooie pot, alleen het resultaat is jammer! (6-1; 23:38)

Martijn
Tegen een onregelmatige damepionopening stelde de gewiekste, bijna tweehonderd ratingpunten sterkere zwartspeler zich actief op en wist in het vervolg een pionnetje te snaaien. In een achterstaand eindspel met zwaar materiaal op het bord perste onze zwaargewicht er nog een venijnige aanval uit maar de tegenstander, in hevige tijdnood, gaf geen krimp en ontweek behendig alle uitnodigende valkuilen. (7-1; 23:40)