HOME aamenu ☰ MENU
Nijverdal,  02-04-16  auteur: René Renders

Pallas 1 klimt naar de middenmoot

Pallas 1 weerlegt het Scandinavisch!

Door een ruime overwinning op het al gedegradeerde ENO uit Nijverdal heeft Pallas 1 zich definitief gehandhaafd in 3B en is meteen enkele plaatsen in de stand geklommen.

De wedstrijd viel vooral op door twee dingen. Het eerste was de partij aan het achtste bord: daar maakte Dries Wedda zijn debuut voor het eerste. Dat is, gezien zijn ontwikkeling, nog niet zo bijzonder. Wel opmerkelijk was dat hij met zijn 13 jaar tegen de vermoedelijk oudste speler uit de landelijke competitie mocht aantreden, Freek de Goede. Het verschil in ervaring van ruim 70 jaar viel niet af te zien, Dries deed met zwart geen gekke dingen tegen de oerdegelijke witte opstelling. Met gedoseerde agressie probeerde hij wat te bereiken, maar remise was een verdienstelijk resultaat.
De tweede bijzonderheid is dat Pallas op liefst drie borden Scandinavisch tegen kreeg. Met een score van 3-0 kan vrij overtuigend geconcludeerd worden dat die verdediging overtuigend weerlegd is door ons ;).

De overwinning kwam eigenlijk vrij regelmatig tot stand. Max bracht Pallas al vlot op voorsprong door de koningsstelling van Marco Lamers aan gort te slaan. Dit leverde enkele pionnen op en voortdurende aanval, en was dus snel beslist.
Dries maakte niet lang daarna remise en Morris en Johnny breidden de voorsprong verder uit. Morris speelde tegen Johan op den Dries, die zijn zwarte paard wel erg frivool de witte stelling liet binnenhuppelen. Morris besloot dit toe te laten omdat hij had gezien dat ontsnappen niet meer mogelijk was. Even dacht ik dat hij het verkeerd berekend had omdat hij uit de afwikkeling met een kwaliteit minder tevoorschijn kwam, maar de twee vrijpionnen op de damevleugel bleken veel te machtig. Johnny probeerde een gambietje op het bord te krijgen maar de jeugdige Oseb Merkon werkte niet mee. Daarop ontstond een voor de toeschouwers vrij saaie stelling. Johnny hield de druk er echter wel op en uiteindelijk werd deze zijn tegenstander teveel. Het eindspel met wat pionnen meer bleek gemakkelijk gewonnen.

Volgens onze enthousiaste supporter Max M was de partij tussen Etien Alssema en mijzelf slaapverwekkend, een oordeel wat verrassend genoeg ondersteund werd door de engine. Door mij werd het echter niet zo beleefd, al had ik ondanks de agressieve aanpak van wit nooit het gevoel dat de druk op mijn stelling onoverkomelijk was. Dit was helemaal het geval nadat de dames geruild waren. Kort daarvoor echter hadden we beiden wat gemist. In de overtuiging dat het ergste achter de rug was deed ik een onschuldig ogend pionzetje op de damevleugel, maar dit liet juist een vernietigende aanval op mijn koning toe. Gelukkig werd dit niet gespeeld en een zet later was alles weer in orde. Gezien de stand en de stelling bood ik remise aan, wat na enig nadenken aangenomen werd. Daarmee was in elk geval een matchpunt binnen.
Jim sleepte de zege binnen door een ingewikkelde overwinning op Matthew Johnson. Eerst stond hij overwegend, waarna een afwikkeling volgde die voor Jim een toren en wat vrijpionnen en voor Matthew een loperpaar opleverde. Jim had goed ingeschat dat de pionnen gevaarlijk waren, maar speelde het niet helemaal nauwkeurig. Hij miste een paar sterke voortzettingen en er ontstond een remisestelling, als beiden tenminste niets zouden doen. Jim bood ook remise aan, maar misschien dat dat Matthew juist het idee gaf dat er wat te halen viel. Hij plaatste zichzelf echter in zetdwang waarna Jim het punt alsnog kon binnen slepen.

Pim speelde met zwart tegen Rody Brinkhuis, ook al een degelijke schuiver. Toch ontstond er best een spannende stelling waarin het voor beiden lastig was vooruit te komen. Uiteindelijk werd gekozen voor afruil van veel stukken waarna een eindspel met ongelijke lopers overbleef met onvoldoende aanknopingspunten om op winst te spelen.
De eerste zeven partijen waren redelijk op tijd klaar. Alleen Guy was nog bezig tegen Jelle Beintema. Hij speelde de opening iets te vrijblijvend waardoor hij moeite had zijn ontwikkeling te voltooien. Dit kostte veel rekenwerk, maar hij kwam er volgens mij goed uit en hield een wat beter eindspel over. In de overtuiging dat Guy voor twee resultaten speelde ging ik met een gerust hart aan het bier. In de praktijk bleek het helaas lastiger en een paar foutjes later keek hij ineens tegen een verloren stelling aan. Dit leverde dan onze enige verliespartij van de dag op, gelukkig op een moment dat het al lang geen kwaad meer kon. Eindstand 2,5-5,5 waarmee we nu een keurige middenmoter zijn. Datzelfde geldt voor onze laatste tegenstander, WSG uit Winterswijk, die wij over drie weken in de Schalm zullen ontvangen. Inzet: des Keizers baard.

ENO – Pallas 2½ - 5½
1. Johan op den Dries (2010) – Morris Merza (2129) 0-1
2. Etien Alssema (1979) – René Renders (2045) ½-½
3. Matthew Johnson (1973) – Jim Klinge (1938) 0-1
4. Jelle Beintema (1849) – Guy Bielderman (2022) 1-0
5. Oseb Merkon (1616) – Johnny Paans (1915) 0-1
6. Rody Brinkhuis (1718) – Pim Heijne (1968) ½-½
7. Marco Lamers (1615) – Max van de Pavoordt (1855) 0-1
8. Freek de Goede (1741) – Dries Wedda (1875) ½-½